
Naum
Faiq heeft het slapende volk opgeroepen om op te staan en hij heeft
hen gemotiveerd de kansen te grijpen om hun idealen te realiseren.
'De tijd is als een trein die snel voorbijgaat en niet overal
stopt'.
Deze kwestie heeft hem dagelijks beziggehouden. Om meer over deze
invloedrijke persoonlijkheid en de gedachten van deze grote leraar
te weten te komen is het verstandig om te lezen wat er over hem
geschreven is door tijdgenoten. Door deze gedachten is onscultureel
leven en ons bestaan als volk verrijkt. Bovendien hebben zij veel
aan onze Assyrische cultuur toegevoegd.
Enkele voorbeelden
van wat er over Naum Faiq gezegd is. Naum Faiq was één
van degenen die de filosoof Diogenes van Sinope bedoelde, toen hij
overdag met een lantaarn in de straten van Athene tussen de menigte
liep en hem gevraagd werd: "Wat zoekt u? Hij antwoordde: "Ik
zoek een man" (iemand die de leiding kan nemen).
* Dr. B. Berly
"Vóór
Naum Faiq hebben wij veel intellectuelen gekend, maar al die anderen
hebben van het Aramees/Assyrisch naar andere talen vertaald.
Naum Faiq heeft ook van andere talen naar het Aramees/Assyrisch
vertaald. Onze vroegere intellectuelen hebben ons erfgoed gebruikt
en niets ervan nagelaten maar hij heeft een literaire schat van
andere volken verzameld en aan ons erfgoed toegevoegd".
* Sanharib Baly
"Naum Faiq
heeft zowel zijn gezondheid als zijn bezittingen opgeofferd uit
liefde voor zijn vaderland".
* bisschop Johanna
Dolabani
"Misschien
denken sommigen dat wij overdrijven als wij Naum Faiq prijzen door
hem intellectueel te noemen, omdat hij volgens hen de gelegenheid
niet heeft gehad om die titel te verdienen. Maar ik kan die uitspraak
toch met bewijzen bevestigen. De overledene was de intellectueel
die het vaderland nodig had. In dit opzicht wordt hij als één
van de grootste actieve intellectuelen beschouwd".
* Faried Nazha
"Ik
heb de heer Naum Faiq een aantal keren ontmoet in de algemene bibliotheek
van New York, waar hij op zoek was naar materiaal voor het
uitgeven van zijn krant. Waarmee hij zijn volksgenoten in dit land
een dienst bewees. Zo is hij een voorbeeld voor ons geworden. Dit
is niet verwonderlijk want Naum Faiq en zijn tijdgenoten hebben
de wereld met veel wetenschappelijke en geestelijke talenten verrijkt".
* dr. Philip
Hatta
"Wij
moeten de Amerikaanse steden aanspreken: "oh steden waar het
licht van de kennis straalt, jouw grond is met het lijk van Naum
Faiq meer waard geworden", de uitgever van Koukbo Madinhoyo,
de echte nakomeling van het Assyrische rijk. Maar ook jullie grote
musea waar men ogen en oren tekort komt, zijn met de monumenten
van de grote koningen van Assyrië verrijkt. Echter het verschil
tussen beide zaken is dat de monumenten van de Assyrische en Babylonische
koningen eeuwig jullie grote musea blijven verrijken. Maar het lijk
van Naum Faiq moet jullie grond verlaten terug naar zijn geboorteplaats,
zodat hij zijn uitspraak nakomt: "Oh mijn vaderland hier
ben ik geboren en hier ga ik dood, onder jouw dauw (grond) wil ik
mijn lichaam na mijn dood laten begraven".
* Lutfi Boyaji
Om
kennis te maken met de gedachten van Naum Faiq moeten wij ten eerste
terug naar de tijd waarin hij heeft geleefd. Ten tweede moeten wij
de factoren die hem beïnvloed hebben kennen en ten derde ook
de omgeving waarin hij geleefd heeft kennen, die een bijdrage aan
het kristalliseren van zijn nationale gedachten (het tot eenheid
oproepen) geleverd heeft. Dit dwingt ons dan om zijn verschillende
levensfasen, die vol strijd en ijver zijn, te volgen.
Zijn
levensverhaal
Hij is Naum de zoon van Elias, de zoon van Jakob, zijn moeder is
Seide de dochter van Safar. In Aamd (Dyar Bakir) is hij in februari
1868 geboren. Hij kreeg de naam Faiq toen hij een baan kreeg, want
in die tijd (en nog steeds) was men gedwongen een Turkse achternaam
aan te nemen. Toen hij 7 jaar was heeft zijn vader hem naar een
Assyrische basisschool gestuurd. Daarna is hij naar de middelbare
school gegaan die door de stichting de broederschap van de oude
Assyriërs is gesticht. Daar heeft hij acht jaar doorgebracht
en een aantal talen gestudeerd, namelijk: Aramees/Assyrisch, Arabisch,
Turks en Perzisch, bovendien de principes van de Franse taal, kerkmuziek,
biologie en wiskunde bestudeerd. Toen de school om materiële
redenen gesloten was, las en bestudeerde hij zelf de literatuur
van toen. Na het overlijden van zijn ouders ging hij bij zijn oudere
broer Tomas wonen en vanaf 1888 tot en met 1912 gaf hij les in Aamd.
Hij had een vaste aanstelling in Aamd en gaf af en toe in Orhoy
(Edessa) en Homs (in Syrië) les. Hij heeft een aantal bezoeken
aan Jeruzalem en Libanon gebracht. Tijdens die bezoeken las hij
in de boeken van de bibliotheek van de kerken en kloosters, vooral
in Deir AlShurfa in Libanon en Deir Mor Markos in Jeruzalem.
In
1908 is de Ottomaanse wet opgesteld. Hierdoor hebben de mensen vrijheid
van meningsuiting gekregen. Toen nam hij het initiatief om het platform
Mezdahronoeïo (attentie) op te richten. Hij heeft hiervan de
statuten opgesteld en hield het draaiend. Een jaar later heeft hij
de krant, van het platform, Koukbo Madinhoyo uitgegeven. Zo verspreidde
hij zijn politieke ideeën. Naast het lesgeven hield hij lezingen,
waarin hij de mensen aanmoedigde om scholen, drukkerijen op te richten.
Hij nam de verantwoordelijkheid op zich om verbeteringen in de maatschappij
aan te brengen en haar bewustwording te bevorderen en daardoor de
vooruitgang te stimuleren. Toen Italië oorlog voerde tegen
de Ottomaanse staat in Tripoli, nam de onderdrukking van de christelijke
minderheden door de Ottomaanse regering toe. Deze onderdrukking
veroorzaakte angst en paniek onder de minderheden waardoor een groot
gedeelte van ons volk geëmigreerd is. Als gevolg van de oorlog
is de vrijheid van meningsuiting uit de wet van 1908 afgeschaft
auteurs en journalisten werden vervolgd.
In
1912 is hij genoodzaakt naar de Verenigde Staten van Amerika te
vluchten. Daar was hij door zijn artikelen in de krant Mezdahronoeto
bekend en werd hij hartelijk verwelkomd door ons volk in de diaspora.
In 1916 heeft hij de krant Beth-Nahrin opgericht, die tot 1921 bleef
bestaan. Hij heeft deze krant beëindigd en een jaar de
redactie van de krant Hoeyodo gevoerd. Deze krant werd door het
Assyrische Chaldese nationale platform opgericht. In 1922 startte
hij weer zijn eigen krant Beth-Nahrin en leidde dit tot 1930 toen
hij overleed. Hiervoor was zijn vrouw in 1927 overleden daardoor
was hij sterk beïnvloed. Hij besteedde veel tijd aan lezen
en schrijven waardoor zijn lichaam zwakker werd en hij een longziekte
kreeg, vanwege deze ziekte is hij op woensdag 5 februari 1930 overleden.
Aan zijn begrafenis hebben alle kerkgenootschappen en stichtingen
van ons volk deelgenomen. Wij missen een stralend figuur maar zijn
erfenis blijft altijd door zijn literatuur bestaan. Het is de moeite
waard dat ieder strijder hem als voorbeeld neemt vanwege zijn wil
en doorzettingsvermogen. Zonder onderbreking diende hij zijn volk
en ging hij door met het onthullen van de ziektes die het lichaam
van zijn volk aantastten.
Zijn
gedachten en literatuur
Ofschoon zijn gedachten en literatuur heel populair zijn geworden,
kreeg zijn nationale leer, die hij in het begin van deze eeuw verspreidde,
veel meer belangstelling bij de intellectuelen onder ons volk. Zij
werkten aan zijn leer zodat het kan worden toegepast in de praktijk.
In de jaren daarna is de omgeving voorbereid op het ontstaan van
een rijpe nationale gedachte. Om deze gedachte te leren kennen en
meer details te weten te komen, moeten wij zijn mening en leer bestuderen.
Hoewel de door N. Faiq verkondigde leer, nu als een gangbare leer
wordt gezien waarin veel mensen geloven, was het in die tijd een
revolutionair idee. Waar het gangbare feodalisme en de verdeeldheid
tussen de kerkgenootschappen de fundamenten van de maatschappij
aantastten door de onwetendheid en achterlijkheid van dit volk.
Bovendien zorgde het dictatoriale gezag van de Ottomaanse staat
voor het voeden en groeien van de geschillen tussen de verschillende
etnische minderheden in het Sultanaat. Dit om ter bevestiging van
haar gezag en het realiseren van haar eigen belangen. Onder deze
omstandigheden is de stem van Naum Faiq hoog gestegen om het volk
te waarschuwen voor het gevaar van de situatie. Naum Faiq kwam met
de juiste oplossingen voor de problemen van ons volk door te pleiten
voor de eenheid tussen de verschillende kerkgenootschappen. Deze
oproep was in alle streken waar ons volk zich bevond te horen. Veel
intellectuelen en auteurs en enthousiaste jeugd hebben zijn oproep
ter harte genomen en ondernamen actie om de onwetendheid en de verdeeldheid
weg te nemen en namen hem als voorbeeld en zij hezen het vaandel
van de Assyrische nationale eenheid. In een van zijn gedichten zegt
hij: "Oh Assyriërs met de verlichtende zonsopkomst is
de donkere nacht voorbij, en zo is het heelal verlicht met het opkomen
van de vrijheidszon.
 |
Laat
ons vooruit kijken, wij zijn een volk dat de onderdanigheid
afkeurt en het leven waard is |
 |
Laat
ons met ons hart de eenheid zoeken voordat wij uitgestorven
zijn..... |
 |
Wij
zijn de afstammelingen van het volk, dat vroeger de wereld uitdaagde
met een beschaving die alle volken tot bloei heeft gebracht |
 |
Past
het bij ons dat wij ontmoedigd worden, wij de afstammelingen
van die onverslagen helden |
 |
Wee
ons, al onze bloei en glorie zijn vervallen, bij wie mogen wij
klagen en bij wie vragen wij voor hulp? |
 |
Oh
Assyriërs jullie moeder Beth-Nahrin huilt en schreeuwt
om hulp, zouden jullie op haar roep reageren......? |
 |
Sta
op en blijf altijd doorgaan". |
In
de meeste gevallen waren zijn ideeën goed en nauwkeurig en
waren voor heel het volk bedoeld. Daarom zien wij ook dat Naum Faiq
altijd voorzichtig is met het noemen van al onze kerkgenootschappen
onder één naam. De ene keer onder de Assyrische naam
en de andere keer onder de Syrische, Chaldese en Aramese naam. Telkens
meende hij dat alle kerkelijke gezindten tot dezelfde naam behoren.
Omdat deze naam één volk aangeeft, dat haar land Beth-Nahrin
is en haar geschiedenis, gewoontes (cultuur) en taal gemeenschappelijk
zijn, haar lot en vraagstuk dezelfde zijn.
Naum
Faiq stond de verschillende stromingen niet in de weg omdat hij
ervan uitging dat de nationale eenheid gerealiseerd kan worden terwijl
deze stromingen blijven bestaan, tenminste zolang het behoren tot
een kerkelijke gezindte de nationale eenheid niet aantastte. In
één van zijn artikelen zegt hij: "Misschien lijkt
het idee van de eenheid vreemd op het eerste gezicht, maar het is
niet moeilijk te realiseren als alle vooraanstaande figuren van
elk kerkgenootschap van ons volk ervoor werken om dit te bewerkstelligen.
Door gestructureerde middelen waardoor iedereen de eenheid als voorbeeld
neemt, op dat moment vormen alle kerkgenootschappen één
volk daar hun zelfde afstamming. De vooraanstaande figuren moeten
samenwerken om sterke banden te vinden, deze banden moeten
gebaseerd zijn op gemeenschappelijke elementen van de geschiedenis,
taal en cultuur. Maar blijven wel gescheiden op het gebied van het
geloof."
In
één van de redactionele commentaren van het tijdschrift
Beth-Nahrin geeft hij de reden aan van het uitgeven van het tijdschrift:
"Het is niet de bedoeling om onszelf als de grote wijzen aan
te geven maar om het volk te dienen en hen te stimuleren hun identiteit
te bewaren. Om iedereen die onder de naam Assyriër bekend is
te verenigen, daarmee bedoel ik Nestorianen, Chaldeeërs, Maronieten,
Syrisch-katholieken, Syrisch-orthodoxen en protestanten. Wij roepen
hen op om tot eenheid te komen ongeacht de verschillende overtuigingen.
Wij spreken hen erop aan dat ze Assyriërs zijn in taal, afstamming
en geschiedenis. Opdat ze de naam van het Assyrische volk verhogen,
hetgeen in vroegere tijden in alle opzichten een welvarend volk
was qua kennis, kunst en vakmanschap. Wij willen dat ons volk voor
zijn rechten opkomt. Dit is de bedoeling van het oprichten van dit
tijdschrift." Als wij terugblikken op de titels van de artikelen
die hij plaatste in de krant Koukab Al-Sharq merken wij op hoeveel
begrip hij toonde voor de behoeften van ons volk en voor haar maatschappelijke
problemen. Zoals: 'Lees de kranten', 'Onze noodzaak voor drukwerk',
'Oplossingen voor onze maatschappelijke problemen', 'Niet vrij om
te denken', 'Wie maakt zich zorgen over dit volk?' En 'Chaos onder
de Assyriërs' enz.. Naum Faiq heeft nooit vergeten dat er verband
is tussen patriottisme (vaderlandsliefde) en nationalisme, hij verstond
onder vaderlandsliefde dat iedereen het vaderland dient. Dat wil
zeggen het bestrijden van corruptie, discriminatie, racisme,
zowel maatschappelijke als nationale onderdrukking. Naum Faiq riep
een echte revolutie uit om de Ottomaanse staat omver te werpen.
Dit wijst erop dat de nationale gedachte van Naum Faiq verbonden
was aan een ontwikkelde patriottische gedachte omdat hij erin geloofde
dat de nationale en maatschappelijke kwestie van ieder volk niet
van de patriottische kwestie te scheiden is. Volgens hem moet de
maatschappelijke en nationale gerechtigheid door middel van een
rechtvaardig nationaal systeem ontstaan. In de 4e uitgave van de
krant Hoeyodo van het eerste jaar 1921 onder de titel: 'Het Oosten
vroeger en heden' beschrijft Naum Faiq de situatie van het Oosten,
waar het Oosten in vroegere tijd in bloei en beschaving was en in
het heden verzonken in een moeras van onwetendheid en achteruitgang.
In dit artikel geeft hij de schuld van deze ellende aan de elkaar
opvolgende regeringen. 'Zonder twijfel hebben de regeringen van
het Oosten ervoor gezorgd dat de corruptie in de maatschappij zover
doorgedrongen is. Wij, de oosterlingen hopen dat de tijd ervoor
rijp is om in opstand tegen de huidige regimes te komen en het Oosten
te redden voor het te laat is.'
Naum
Faiq was niet alleen theoretisch bezig met zijn leer maar hij streefde
ernaar om zijn gedachten in de praktijk toe te passen. Toen de Eerste
Wereldoorlog uitbrak werd ons volk bedreigd met uitroeien. Destijds
heeft hij geprobeerd haar te redden middels ontmoetingen met stichtingen
van ons volk in de migratie, toespraken tijdens congressen, scherpe
artikelen in zijn krant Beth-Nahrin, waar hij steeds om giften vroeg
om de oorlogsslachtoffers te helpen. Toen de oorlog voorbij was
nam hij het initiatief om een delegatie van al onze kerkgenootschappen
te vormen. Deze delegatie was bedoeld om deel te nemen aan het vredescongres
dat in Parijs plaatsvond, om daar de rechten van ons volk te behartigen.
De deelname van de delegatie heeft alleen beloften geleverd die
niet nagekomen zijn. Maar heeft wel een bijdrage opgeleverd aan
het verduidelijken van de Assyrische kwestie in de openbare mening.
Hij
realiseerde hoe levensbelangrijk de taal is om het nationale gevoel
bij de Assyriërs te versterken en hen tot eenheid te brengen.
Omdat alle leden van ons volk dezelfde taal gebruiken is het een
fundamentele factor. Naum Faiq wijdde zich aan de Assyrische/Aramese
taal omdat hij zich bewust was van haar rol bij het verwijderen
van de obstakels die de nationale eenheid in de weg stonden.
Hij heeft de taal aan anderen geleerd, haar beschermd en haar verrijkt
door middel van het vertalen van vreemde literatuur het in Assyrisch/Aramees.
Bovendien heeft hij het Arabisch en het Turks met de Aramese letters
geschreven. Veel auteurs volgden zijn voorbeeld. Men hoeft
zich er niet over te verbazen als men zijn mening hierover gelezen
heeft: 'Wie zijn eigen taal niet kent respecteert zichzelf niet.
En het volk dat haar eigen taal verliest, verliest haar glorie en
haar bestaan.' Naum vergat niet de rol van de kerk om de nationale
kwestie te dienen. Zeer moedig en consequent bleef hij van de kerk
een correctie opeisen. Hierdoor werden veel kerkelijke leiders en
leiders van stammen kwaad op hem, omdat zij de ware aard van zijn
gedachten niet konden begrijpen of omdat zij voelden dat het hun
eigenbelang aantastte. Dit heeft hem niet gedeprimeerd. Maar hij
drong juist harder aan om verbeteringen aan te brengen die bij het
tijdperk paste en het volk, de literatuur en de taal dienstbaar
kon zijn. Daarom riep hij op om scholen en theologische academies
op te richten om bekwame kerkelijke leiders op te leiden. Bovendien
eiste hij dat geleerden toe worden gelaten bij het beheer van de
kerken via de kerkraad. Ook pleite hij voor een maandelijks salaris
aan de kerkelijke leiders. Hij geloofde erin dat de belangen van
het volk en de kerk op deze manier kunnen worden bewerkstelligd.
Hij voelde zich verantwoordelijk om de kerk erop te wijzen dat zij
haar rol wat betreft het geloof en haar nationale rol goed uitvoeren
(Dat houdt in het handhaven van de taal, cultuur en het verzoenen
van de verschillende kerkgenootschappen). Zodat zij allen de taal
en cultuur tot leven brengen en de liefde als voorbeeld nemen omdat
het de boodschap en de basis van het christendom is. Dan is de nationale
eenheid makkelijker te bereiken.
Naum
Faiqs journalistiek werk:
Naum Faiq was zich zeer bewust van de rol die de media speelt bij
de openbare mening vorming. Door het bekend maken van de Assyrische
kwestie en het motiveren en activeren wordt het nationale volksgevoel
verder gekristalliseerd. Daarom besteedde hij veel tijd en aandacht
aan deze kwestie en dat is wel te merken aan de kranten die hij
uitgaf. Vaak stond hij alleen voor het redigeren en het met
de hand schrijven van de kranten.
Om meer te weten te komen van zijn mening over de pers, nemen wij
een voorbeeld dat hij in de negende uitgave van het vierde jaar
1920 in de krant Beth-Nahrin heeft geplaatst. 'De kranten van een
volk zijn een middel om haar boodschap aan de anderen over te brengen.
Zonder de kranten zou men niet veel over een ander volk weten en
daardoor weinig over haar geschiedenis, wetenschappelijke kennis
en literatuur weten. Een volk dat geen kranten heeft, is een volk
dat niet kan communiceren. Wie zou een volk kennen en horen als
zij niet trots op haar taal is en niet ernaar streeft om haar bestaan
te bewijzen. “Naum deed het werk van een hele uitgeverij
alleen, hij schreef, redigeerde en gaf het uit. Zo eerlijk en oprecht
was hij voor zijn volk. Hij schreef in één van zijn
brieven die hij naar zijn vriend Faried Nazha stuurde: “Misschien
geloof je mij niet als ik tegen jou zeg dat ik alleen sta voor het
uitgeven van de krant. Niemand levert een bijdrage behalve mijn
dochter, die in een fabriek werkt zodat wij ons in de dagelijkse
behoeften kunnen voorzien. En soms maken wij gebruik van wat zij
verdient om de drukkosten van de krant te betalen”.
Zonder door
de moeilijkheden beïnvloed te worden zoals een slechte gezondheid
en financieel verlies ging hij door met zijn werk en streed hij
voor de nationale pers, zodat de jeugd hem als voorbeeld van ijver,
strijd en optimisme kan nemen.
Zijn
kranten:
1.
De krant Koukbo Madinhoyo:
Hij heeft haar opgericht in Aamd (Dyar Baker) als de krant van het
platform Mezdahronoeïo, opgericht in 1908 en deze bleef bestaan
tot 1914. Op 27 april 1910 kwam de eerste uitgave van de krant
uit en deze bleef tot 1912 verschijnen. Hij schreef het met de hand
en later liet hij het drukken in een steendrukkerij met de Aramese/Syrische
letters in de Assyrische/Aramese, Arabische en Turkse talen. De
onderwerpen van deze krant waren van nationaal, historisch, linguïstisch,
maatschappelijk en informatief karakter.
2.
De krant Beth-Nahrin:
Hij heeft haar in de Verenigde Staten opgericht en de eerste druk
verscheen in 1916 in de Assyrische/Aramese, Arabische en Turkse
talen. De krant was met de hand geschreven en memografiek gedrukt.
De onderwerpen van deze krant waren van nationaal, historisch, linguïstisch
en informatief karakter. Zij was een spreekbuis voor ons volk in
de diaspora en het vaderland. In deze krant las men alles over de
stichtingen en scholen van ons volk, tevens werd er over de
slachtpartijen tegen ons volk tijdens de Eerste Wereldoorlog geschreven.
Met behulp van de krant Beth-Nahrin werd een project opgezet om
de slachtoffers van de Eerste Wereldoorlog te helpen. Beth-Nahrin
bleef tot eind 1929 verschijnen, behalve in de tussenperiode dat
hij Hoejodo ging redigeren.
3.
De krant Hoeyodo:
Deze krant werd door het Assyrisch-Chaldees Patriottisch Platform
opgericht waarvan Naum de hoofdredacteur was. Op 28 mei 1921 verscheen
de eerste druk in de Assyrische/Aramese, Arabische, Turkse en Engelse
talen en was in drukletters gedrukt. Op 25 maart 1922 verscheen
het laatste exemplaar van deze krant na 93 uitgaven.
Zijn
boeken:
Naum besteedde zijn hele leven aan lezen en schrijven.
Hij liet veel boeken na waarvan sommige nog met de hand geschreven
zijn.
1.
Bundel van Assyrisch/Aramese uitspraken die in de Arabische
spreektaal van Mesopotamië voorkomen.
2.
Bundel van de Assyrische/Aramese uitspraken in het Turks,
Perzisch, Koerdisch, Armeens en Engels.
3.
Arabisch-Assyrisch/Aramees woordenboek (bleef handgeschreven).
4.
Woordenlijst van de Griekse woorden die in het Assyrisch/Aramees
worden gebruikt.
5.
Woordenlijst van de bijbel in het Assyrisch/Aramees (bleef handgeschreven).
6.
Lijst van Assyrische uitvindingen. (Naum overleed voor dat dit boek
gedrukt werd).
7.
De verblindende en de raadselen (bleef handgeschreven).
8.
De Assyrische muziekschat (Beth-Gaz).
9.
De leesprincipes in het Assyrisch/Aramees.
10.
Samenvatting van de wiskunde in Assyrisch/Aramees ( bleef handgeschreven
schoolboek).
11.
Samenvatting van de aardrijkskunde in Assyrisch/Aramees (bleef handgeschreven
schoolboek).
12.
Uitgebreid boek over de geschiedenis en aardrijkskunde van Mesopotamië.
13.
De lekker geurende bloemen in de spreekwoordentuin van het Assyrisch/Aramees.
14.
Inleiding in de aantrekkelijke schittering naar het Turks van de
bisschop Klemis Daoud.
15.
Bundel van preken en toespraken.
16.
Vertaling van het ‘Al-ward (de bloem) gedicht’ van Bar-Ibroyo
naar het Turks.
17.
De patriottische oefeningen in het Assyrisch/Aramees (gezegden en
uitspraken van bekende intellectuelen, bleef handgeschreven).
18.
De geschiedenis van de scholen Edessa (Orhoy) en Nuseibin:
werd geplaatst in de krant Mezdahronoeto van de auteur Gabriël
Boyaji.
19.
De vertaling van Benjamin Franklin's zegswijzen naar het Assyrsisch/Aramees.
20.
De vertaling van Roebai’jaat Al-Geijam van het Arabisch naar
het Assyrisch/Aramees.
21.
Het levensverhaal van Mor Yacoub Al-Sroeji.
22.
Een bundel van volksliederen in het Assyrisch/Aramees, Arabisch
en Turks.
23.
De vertaling van het boek van de Assyrische filosoof Ahiqaar naar
het Turks.
Dankzij
deze uitgaven is Naum Faiq de leraar, de opvoeder en dichter die
zijn hele leven gaf ter wille van zijn volk. En zichzelf als een
kaars brandde om de donkere wegen voor ons zichtbaar te maken. Naum
Faiq verwachtte geen beloning maar hij deed het omdat hij zich daartoe
verplicht en verantwoordelijk voelde. Wij moeten juist de intellectuelen
vereren voor ze overleden zijn zoals de auteur Murad Foad jaqi heeft
gezegd: 'Iemand een boeket bloemen geven tijdens zijn leven
is meer waard dan duizenden bloemen na zijn dood.'
|